Media marketing manager die voor ‘lul’, ‘idioot’ en ‘prutser’ wordt uitgemaakt, krijgt hoge ontslagvergoeding.

Een 40-jarige man werkt als media-marketing manager bij UDC Events. Hij houdt onder meer de social media bij voor het bedrijf. Per februari 2012 wordt hij arbeidsongeschikt. Na jarenlang door zijn directeur te zijn geschoffeerd en voor ‘lul’, ‘prutser’ en idioot’ te zijn uitgemaakt.

en zijn werkgever als hij ziek is ook al niets doet om hem te re-integreren, verzoekt hij in januari de kantonrechter om ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst onder toekenning van een hoge vergoeding.

Verweer werkgever

De werkgever stelt dat er geen gronden zijn voor een ontbinding en dus ook niet voor vergoeding. Hij voert, kort gezegd aan, dat in het bedrijf confronterend en altijd direct wordt gecommuniceerd en dat de medewerker in kwestie ook hier aan meedeed. Hij geeft toe dat in de loop der jaren, door financiële redenen, de werkdruk enigszins is toegenomen. Over zijn rol bij de arbeidsongeschiktheid van de werknemer beroept hij zich vooral op onbekendheid met regels en een falende arbodienst. Als laatst geeft hij aan er financieel slecht voor te staan.

Oordeel Kantonrechter

De kantonrechter is van oordeel dat de arbeidsovereenkomst dient te worden ontbonden omdat er geen sprake meer is van een goede verstandhouding tussen de partijen en kent de werknemer een hoge vergoeding toe en zelfs een vergoeding van de proceskosten. De kantonrechter licht zijn beslissing als volgt toe.

Manier van omgang 

De manier hoe de werkgever met zijn werknemer is omgegaan is niet “tamelijk direct en confronterend” zoals de directeur dit stelt, maar buitengewoon denigrerend en schofferend. Dit blijkt wel uit de e-mails die hij aan de werknemer heeft gestuurd.

 

I. Woensdag 22 maart 2006: 

 

[werknemer], 

Wat schetst mijn verbazing!!! 

Dit vind ik echt op z’n zachtst gezegd KUTTTTTTTTTTTTTTTTTT. 

Lekker lax is dit [werknemer]. 

Los dit s.v.p. per direct op en zorg dat dit nieuwsitem er gisteren op komt en in een mailing. 

Tot morgen.

[directeur] 

II. 11 april 2006: 

WAAR IS GODVERDOMME DAT NIEUWSBERICHT VAN GZ VIP-KAAR­TEN. 

DIT IS GODVERDEGODVERDOMME AL DEZE OCHTEND GE­MAAKT!!!!!!!!!!!!!!! 

IK BEN ENORM BOOS EN GEFUCKED [WERKNEMER], PRUTSER. 

III. 6 juli 2007: 

[WERKNEMER], ER MOET NU OOK ECHT FUCKING ARTWORK KOMEN!!!!!!!!!! 

GODVERDOMME!!!!!!!! 

IV. 24 juli 2007 

What the fuck denk jij wel niet. 

DIE KANKERFLYER MOET VANDAAG KLAAR EN MORGEN GA JIJ DIT MET HUN DOORSPREKEN KAN HET DAARNA DIRECT GEDRUKT WORDEN. …. 

Naar aanleiding van een voorstel van VU om een onderzoek uit te voeren stuurt de directeur de volgende e-mail aan werknemer.

V. 4 september 2007: 

hij onderzoekt, ontmaskerd en klaagt aan. 

Inspector [werknemer]. 

Rot op met die onderzoekjes nu, hier hebben we het al eens over gehad! 

Idiood. 

Deze schofferende wijze van communicatie blijkt eveneens uit andere e-mailcorrespondentie richting de werknemer waarin de werkgever schrijft “niet slap lullen” en “waarom te laat ? Lul”. De excuus van de werkgever dat de werknemer een verglijkbare terminologie heeft gebruikt richting hem, gaat niet op. Daarvan is geen enkel bewijs.

Werkdruk

Het is voldoende aannemelijk dat in deze situatie de oorzaak van de arbeidsongeschiktheid een combinatie is van de werkdruk en de wijze hoe de directeur met deze werknemer is omgegaan.

Arbeidsongeschiktheid

Tijdens de arbeidsongeschiktheid heeft de werkgever toch nog opdrachten aangedragen welke de werknemer van hem moest uitvoeren. Toen werknemer, mede door het dringende advies van zijn huisarts, was gestopt met het uitvoeren van deze opdrachten, heeft werkgever onmiddellijk de auto en laptop van de medewerker teruggevorderd om vervolgens niets meer van zich te laten horen. Het valt de werkgever ernstig aan te rekenen dat hij verder niets heeft gedaan om de werknemer te laten re-integreren. Ook heeft de werkgever zijn verantwoordelijkheid onterecht afgeschoven op een falende arbodienst.

Tot slot passeert de kantonrechter het “habe nichts” verweer van de werkgever ondanks dat de directeur stelt dat het bedrijf technisch failliet is en wijst hij de verzochte vergoeding van EUR. 57.456 bruto (C=2) in zijn geheel toe. De kantonrechter zegt daarover: “Verweerder moet dan maar kiezen of hij eventueel privé deze schuld voldoet of dat hij zijn bedrijf, mede door deze schuld die binnen de door hem geschetste financiële situatie nauwelijks doorslaggevend kan zijn, failliet wil laten gaan. Ook veroordeelt hij de werkgever in de proceskosten voor een bedrag van EUR 1.648,00.

Bron: Kantonrechter Amsterdam, 13 februari 2013, LJN: CA0080

door mr. Bahareh Galief Agha, stagiaire bij Aantjes Advocaten

Heeft u een vraag? Wij hebben het antwoord.

Adres

Aantjes Advocaten B.V.
Groot Hertoginnelaan 97
2517 EE Den Haag

Bereikbaar op